Timmerfabriek Veenhuis & Zn in Zelhem is begin maart getroffen door brand. Het is voor de tweede keer in vier jaar tijd dat vlammen schade aanrichtten aan het bedrijf.
De familie is strijdlustig en wil weer opbouwen. Er vielen geen gewonden, er is wel veel materiele schade. Gerjan Veenhuis denkt nog dat het loos alarm is als hij een belletje krijgt van de meldkamer van de brandweer. Maar helaas blijkt dat niet het geval. Gerjan Veenhuis wekt zijn vrouw Elise en samen met hun drie kinderen weten ze in veiligheid te komen en pakken ze ook nog wat spulletjes mee. Elise zegt in de regionale krant De Gelderlander: ‘Ik pakte voeding voor de baby, luiers, lenzenvloeistof, tandenborstels. Onze telefoons.’ Ze nam iets meer tijd dan in 2019 toen hen een soortgelijk voorval overkwam. ‘Ik was minder in paniek.’
Aan de buitenkant lijkt de schade op het oog mee te vallen. Maar dat is uiterlijke schijn. ‘We hebben te horen gekregen dat het pand waarschijnlijk total loss is. Door de hitte is de constructie aangetast. Het kan zijn dat we het wéér helemaal van de grond af moeten opbouwen.’ Net als in 2019. Toen betrokken ze elf maanden na de brand een gloednieuw bedrijfspand.
‘Het pand was zijn tijd ver vooruit. We hadden het nieuwste van het nieuwste. Alle machines waren nog geen drie jaar oud….’
Net als de vorige keer krijgt de familie volop steunbetuigingen. Ook andere timmerfabrieken bieden hulp aan, maar het liefst wil de familie Veenhuis zelf weer aan de slag.