Ga naar hoofdinhoud

C2C-kozijnconcept Vihrea officieel gelanceerd

Gebouweigenaren houden niet van gedoe en verrassingen. Het kunststofkozijn kon een tijdlang profiteren van dat sentiment, totdat de harde realiteit duidelijk werd: onderhoudsvrij bestaat niet, vervanging wel. De kunststoflobby krijgt met het nu gelanceerde Cradle-to-Cradle Vihrea-kozijnconcept een geduchte tegenstander waarvoor tien gerenommeerde producenten hun kennis en kunde hebben verenigd in een Finti-houten kozijnconcept met een levensduur van vijftig jaar en een onderhoudscyclus van twaalf jaar. De eerste timmerfabriek heeft zich al aangesloten. Gesprekken met andere timmerfabrieken zijn in een vergevorderd stadium, zegt mede-initiatiefnemer Roy Hofsté.

Halverwege het gesprek verwoordt Roy Hofsté, fabrikant van thermisch verduurzaamd grenenhout Finti in Haaksbergen zowel zijn bevlogenheid als zijn lichte frustratie als volgt. “Het wordt tijd dat de timmerindustrie stopt te kiezen voor het rapportcijfer zeven, omdat de markt niet zou willen betalen voor producten die op gebied van prestatie-eisen op een acht of een negen presteren. De corporatiemarkt is aan het veranderen. Het vastgoedbeheer is ingewikkeld geworden en het besef dat je op termijn op onderhoudskosten kunt besparen door in aanvang voor een hoogwaardig product te kiezen, is door de hele discussie van cost-of-ownership alleen maar verder naar de voorgrond getreden. De timmerindustrie heeft noodgedwongen de focus teveel op prijs. Gemodificeerde houtsoorten als Plato, Accoya én Finti worden in de aanbiedingsronde niet eens meegenomen omdat ze als te duur worden ervaren, maar laat de klant de keuze. Ik zeg altijd: er is een markt voor Audi en een markt voor Kia, ook op kozijngebied, maar dat verschil wordt in zijn algemeenheid marketingtechnisch door de timmerindustrie niet of nauwelijks over de bühne gebracht. Ga eens direct of samen met een aannemer praten met bijvoorbeeld een woningbouwvereniging, projectontwikkelaar of VVE. Er gaat een wereld voor je open, zowel op gebied van duurzaamheid, circulariteit, als materiaal- en onderhoudsvragen. Het is aan de markt om daar iets mee te gaan doen.” Er zijn ook enkele timmerfabrieken die wel succesvol zijn met een eigen concept. Vanuit deze gedachte is het idee ontstaan om de timmerindustrie een kozijnconcept (Vihrea) te bieden waarmee men kan inspelen op deze actuele en toekomstige vraagstukken. 

Onderhoud

Vihrea

De tien Vihrea-partners (zie kader) hebben recentelijk het concept officieel gelanceerd waarbij het geheel groter is dan de som der delen. Hofsté: “Vihrea wil dit gezamenlijk met de timmerindustrie op pakken.” Vihrea biedt duurzame meerwaarde aan de klant op gebied van Cradle-to-Cradle, energiebesparing en een lange levensduur. Woningcorporaties krijgen een nieuwe oplossing voor kostenefficiënt en zorgeloos onderhoud, ondersteund met chiptechnologie, app en onderhoudssoftware op mobiele telefoon/tablet en pc. “We zijn net bezig, maar zitten nu al met alle grote partijen aan tafel”, aldus Hofsté. “In een beslissingstraject, zo is onderzocht, heeft bij aanvang meer dan tachtig procent van de betrokkenen een voorkeur voor houten kozijnen, boven kunststof en aluminium. Ergens in het beslissingstraject gaat er echter voor hout iets faliekant verkeerd, waardoor zowel in nieuwbouw als renovatie naar alternatieven wordt gegrepen. Dat is toch raar? Wij hebben gekeken naar de beperkingen, maar meer nog naar de kansen. Beslissers haken meestal af op de verwachte onderhoudscyclus. De kit is nu over het algemeen eerder aan vervanging toe dan de verf. Dat betekent dat je twee keer een steiger aan de gevel moet plaatsen. Bij Vihrea hebben we het Sikkens-oppervlaktesysteem en de Soudal-kitten door testen in klimaatkamers bij AGC in Brussel zo op elkaar afgestemd, dat deze gezamenlijk in een enkele onderhoudscyclus kunnen worden aangepakt. De kit is niet langer de beperkende factor. Wij garanderen een onderhoudscyclus van twaalf jaar waarmee een levensduur van vijftig jaar ‘plus’ gehaald kan worden.”

Vijftig jaar ‘plus’

De levensduur van vijftig jaar ‘plus’ is haalbaar als de kozijnen volgens de Vihrea-voorschriften zijn geproduceerd en onderhouden. “De kunststofindustrie heeft altijd heel slim de focus op 25 jaar onderhoudsvrij gelegd. Maar we weten nu inmiddels ook dat het kunststof kozijn geen onbeperkte levensduur heeft. We hebben ons als timmerindustrie gewoon in de luren laten leggen. We zijn als houtsector in ons weerwoord daarop naïef geweest in onze marketing dezelfde termijn voor de prestatie-eisen voor onze producten te belichten. Terwijl met goed onderhoud over de hele levensduur van de woning een houten kozijn gemakkelijk vijftig tot honderd jaar mee kan. Met Vihrea onttrekken we ons aan die door de concurrentie opgelegde focus en geven we een levensduur van vijftig jaar ‘plus’ aan. Dat betekent halverwege geen demontage, geen afvoer van oude kunststof kozijnen en dus veel minder cost-of-ownership. Kunststof kozijnen zijn over zo’n levensduur altijd duurder dan de twee of drie extra schilderbeurten die je bij hout erbij hebt. De woningbouwverenigingen die nu voor kunststof kiezen, weten zelf ook dat dit op termijn ook vanuit sociaal oogpunt en leefgenot niet houdbaar is. Het vastgoed verliest zijn waarde als de blauwe kunststof deur verkleurt en het kozijn dof wordt. Mensen gaan minder zorgvuldig met hun woning om als deze er van buiten minder fris uitziet. Een schilderbeurt van een houten kozijn om de twaalf jaar houdt een wijk fris en transformabel en het geeft de bewoners de zekerheid dat er wat gebeurt in de wijk en er naar hun woning wordt omgekeken.”

200 euro

De extra kosten voor het concept vallen volgens Hofsté erg mee. “€ 200 euro op een rijtjeswoning ten opzichte van hardhout, minder dan € 300 voor een twee-onder-een-kap en tussen de 600 en 900 euro voor een hele grote vrijstaande woning. Totaal, dus niet per kozijn! De eigenaar hoeft minder te schilderen, heeft voor dat geld ook nog eens de best isolerende C2C-kozijnen en bespaart enorm op onderhoud omdat de chip, app en software dit veel efficiënter laten managen. Wij denken dat je daarmee genoeg argumenten hebt om voor dit concept te kiezen.”
De tien betrokken leveranciers hebben inmiddels een verkoopbrigade van circa zeventig medewerkers die het Vihrea-kozijnconcept in de buitendienst bij architecten, woningbouwverenigingen en timmerfabrikanten onder de aandacht brengen. Timmerfabriek Neede heeft zich als eerste aan het concept gecommitteerd. Daarnaast bestaat er serieuze belangstelling bij vier andere bedrijven. Hofsté: “Met hen zijn we in een afrondende fase. We willen de komende twee jaar een landelijk netwerk van ongeveer twintig geselecteerde timmerfabrieken hebben die hierin mee willen, liefst al een sterke focus op wbo’s hebben en in samenwerking projecten willen realiseren. De timmerindustrie moet het Vihrea-concept ook absoluut niet als bedreiging zien ten opzichte van hun eigen producten, maar juist als een hele mooie aanvulling en een enorme kans om zichzelf beter te positioneren.” 

Chip

Het staat daarnaast elke timmerfabrikant in Nederland vanzelfsprekend vrij om zelf een Finti-kozijn te maken en dat als eigen concept op de markt te brengen. Het Cradle-to-Cradle Vihrea-concept is echter eenduidig en aan voorwaarden gebonden. Hofsté: “We ondervinden wel weerstand omdat de timmerfabriek de producten moet gebruiken van bij dit concept betrokken leveranciers. Dat klopt, maar omdat een en ander in relatie met elkaar is getest, kunnen we ook onze kwaliteits- en onderhoudsclaims gestand doen. Bovendien, het bijzondere aan Vihrea is de commerciële ondersteuning voor aangesloten timmerfabrieken en de bijdrage aan lagere onderhoudskosten door de inzet van een onderhoudschip, app en -software die per kozijn, raam of deur niet alleen het bestek uit Matrix of Groeneveld, maar ook de materiaalkenmerken vastlegt. Je levert als het ware het DNA van je kozijn mee. Als er een probleem is, heeft de opdrachtgever/eigenaar per kozijn alle benodigde informatie bij de hand. Alle data is snel en gemakkelijk ter plaatse uit de cloud uit te lezen met mobiele telefoon en tablet.” Vihrea levert de chips per aangemeld project en de timmerfabrikant hoeft hem alleen maar te plaatsen. “De chip met uit de productie gegenereerde informatie maakt afwijkingen van het Vihrea-concept ook duidelijk zichtbaar, dus sjoemelen kan niet. Op afwijkingen van het materiaalpaspoort van het concept staan ook penalty’s. De spelregels kloppen en worden gehandhaafd.”
Het wachten is nu op verdere uitbouw en concrete projecten. Hofsté: “Drie woningbouwverenigingen hebben toegezegd de eerste projecten hiervoor vrij te gaan maken. Die staan allemaal voor het vierde kwartaal van dit jaar en daarna op de rol. Ik verwacht dan dat we de eerste projecten daadwerkelijk uitrollen.” Geïnteresseerde timmerfabrikanten mogen zich bij Hofsté melden.

Schrijf je in voor de nieuwsbrief   Aanmelden